Blog 17: Hoe meer duidelijkheid je kind kan helpen om minder snel overprikkeld te raken.

Het ene mens heeft het meer nodig dan de ander, als volwassenen is er veel verschil in of je juist veel duidelijkheid nodig hebt in wat er gaat gebeuren op een dag of niet. De één gedijt goed op structuur, de ander vindt het heerlijk als hij aan het begin van de dag nog niet weet waar hij ’s avonds is.

Toch denk ik dat kinderen er vrijwel altijd bij gebaat zijn om de structuur van een dag te begrijpen en duidelijkheid te hebben in wat er gaat gebeuren. Zeker kinderen die snel overprikkeld zijn(kinderen die snel onrustig worden door bijv. geluid, licht, beweging of emotie) zoals kinderen met ADHD, ASS, hoog sensitieve kinderen, kinderen die in rouw zijn om het verlies van een dierbare, kinderen waarvan de ouders gaan scheiden, kinderen die een trauma hebben of met een hechtingstoornis kampen zijn gebaat bij veel duidelijkheid.


Ik ben een persoon die graag weet wat de dag brengt. Dit komt door mijn hoogsensitiviteit. Ik verwerk prikkels anders, waardoor ik meer dan mensen zonder hoog sensitiviteit gebaat ben bij duidelijkheid. Ik hou ook wel van een verrassing zo nu en dan, maar het beste gedij ik op rust en regelmaat. Dat betekent voor mij ook een bepaalde mate van voorspelbaarheid. Ik heb bij mijn kinderen gemerkt dat zij dit op eenzelfde manier ervaren. De één vraagt iets meer duidelijkheid dan de ander, maar toch willen ze beiden weten wat we op een dag gaan doen. Zeker als er bijzondere dingen te doen staan. Zoals dat vandaag de schoolfotograaf komt en we vanmiddag een afspraak hebben op het gemeentehuis voor een nieuw paspoort. Ook wat de consequentie is van deze afspraken hebben ze graag duidelijk. Schoolfotograaf betekent: nette kleding aan, je haar net iets mooier kammen dan vluchtig (zoals normaal in de ochtend vaak gebeurt) en onderbrekingen van de lessen in de klas. Een afspraak op het gemeentehuis betekent dat er vanmiddag niet kan worden afgesproken en we meteen uit school daar naar toe fietsen en dan pas naar huis gaan.

Als deze duidelijkheid er niet is, merk ik dat er sneller irritaties zijn en soms zelfs angst, omdat niet duidelijk is wat er gaat gebeuren. Het geeft een hoop onrust en die onrust zorgt er voor dat wij allemaal wat sneller negatief op elkaar reageren. Door de voorspelbaarheid er in te brengen neem ik voor mijn kinderen en voor mezelf dat stukje onrust weg.

Hoe kun je je kind helpen meer duidelijkheid en rust in de dag te hebben?
Ik geef je een aantal tips gebaseerd op leeftijd

Jonge kinderen 0 tot 4 jaar.

Voor jonge kinderen is het belangrijk dit in kleine stukjes te doen. Zij hebben nog geen besef van tijd en ook geen overzicht over een hele dag. Begin al op hele jonge leeftijd met je kind vertellen wat je gaat doen.

Vertel 15 minuten voordat je een activiteit gaat doen wat je gaat doen. Bijvoorbeeld: We gaan zo boodschappen doen of we gaan zo even wandelen
5 Minuten voor de activiteit herhaal je dat jullie zo boodschappen gaan doen.
Je zegt daarbij: We gaan nu samen het speelgoed opruimen. Als we klaar zijn met opruimen dan gaan we onze jas aan doen.
Na het opruimen zeg je: We gaan onze jas aan doen en daarna gaan we de fiets pakken.
Als de jas aan is zeg je: We gaan nu de fiets pakken en boodschappen doen.
Als je de fiets hebt, benoem je nog een keer dat je boodschappen gaat doen.
Je zult merken dat als je dit altijd doet, je stapjes weg kunt gaan laten en je kind snapt wat er hoort bij deze activiteit.
Doordat je kind steeds hoort wat het gaat doen, heeft het kind zekerheid en daardoor minder onrust.
Kinderen van 4-7 jaar.

Je kind gaat nu naar school. Het tijdsbesef is iets groter, maar meer dan één dagdeel is lastig. Blijf steeds vertellen wat je doet en wat er gaat gebeuren. De stappen en hoe vaak je iets vertelt worden groter en minder frequent.

Vertel je kind dat het naar school gaat vandaag. In het begin vertel je ook wat het ritueel is dat er bij hoort. We gaan nu aankleden, we gaan nu eten, we gaan de tas inpakken, we gaan tandenpoetsen, we gaan naar school.
Je kunt een schema maken met de dagen van de week. Sommige scholen werken met kleuren van de dagen. Die zou je thuis over kunnen nemen. Op dit schema zet je of het een lange of een korte dag is. En waar ze na school zijn, bijv. op maandag is mama thuis, op dinsdag papa, op woensdag naar oma, op donderdag BSO, op vrijdag opa. Ook activiteiten, zoals voetbal, paardrijden of turnen, kun je op het schema aangeven. Op deze leeftijd kunnen kinderen nog niet lezen of schrijven en werkt het heel fijn om met afbeeldingen te werken. Bijvoorbeeld foto’s van iedereen bij wie ze zijn na schooltijd. En een sticker van een bal of paard voor de activiteiten na school. Elke dag kijk je even met je kind naar het schema.
Na een tijdje zul je merken dat je kind niet meer elke dag op het schema kijkt en dan merk je dat het schema eigen is gemaakt. Wel is het belangrijk om grote activiteiten zoals: een sportdag, sinterklaas op school, verjaardag van de leerkracht, schoolreisje of andere uitstapjes te blijven benoemen. Deze horen namelijk niet bij het schema.
In spannende tijden, zoals sinterklaas en verjaardag, is het fijn om weer even terug te grijpen naar het schema. Dan biedt de structuur van het schema weer even rust.
Ook kan een aftel kalender voor deze bijzondere activiteiten rust geven (dit geldt niet voor ieder kind, het kan ook juist meer onrust geven, kijk daarom even wat het met jouw kind doet.) Begin maximaal 3 weken van te voren met een aftel kalender.
Kinderen van 7 – 12 jaar

Je kind kan steeds beter het besef van tijd aan. In de loop van de jaren zul je merken dat je kind het overzicht van een week aan kan. Blijf ook nu vertellen wat er gaat gebeuren op een dag. Ook zullen de stappen groter worden en minder frequent, omdat er al een vaste regelmaat en structuur in de dag zit die je kind herkent.

Je kind kan lezen en abstracter denken. Een familie kalender kan al voldoende zijn voor je kind om te weten wat er in deze week gaat gebeuren.
Soms is je kind zo gewend aan de structuur van de week dat je alleen de grote dingen nog maar hoeft te benoemen of de veranderingen in de week. Bijvoorbeeld als ze die week een keer niet naar oma gaan na schooltijd, maar dat papa dan thuis is.
Het kan ook zijn dat je kind hier niet genoeg aan heeft en het fijn vindt om een eigen schema te hebben van de week. Bekijk met je kind wat het fijn vindt. Hoe moet het er uit zien? Met plaatjes of alleen met woorden? Mag het een aparte kalender zijn of is een geprint blaadje fijner? Waar moet het hangen? Wat moet er op staan?

in Blog
Jolanda Sterke de Jong 14 juni 2023
Deel deze post
Labels
Onze blogs
Archiveren
Aanmelden om een reactie achter te laten
Blog 16: Hoe herken ik of mijn kind gepest wordt?